Piet Mondriaan  (2)

piet mondriaan           zee na zonsondergang     1909

De ontwikkeling van Mondriaan is vanaf 1908 opmerkelijk. Hij begint opnieuw vrouwenportretten te schilderen die geleidelijk in een symbolische richting evolueren.(zie Evolutie links) Aan de andere kant wordt zijn stijl losser en expressiever onder de invloed van schilders als Jan Sluijters en Leo van Gestel.

Omstreeks 1908 raakt Mondriaan geinteresseerd in de Theosofie. In 1908 geeft Rudolf Steiner  Theosofische lezingen  in Nederland. Het is waarschijnlijk dat Mondriaan een lezing van hem heeft bijgewoond in Amsterdam. Steiner had ideen ontwikkeld over het bestaan van een zichtbare en een onzichtbare wereld (werkelijkheid) en tevens hoe deze te ervaren. Deze ideeen hadden en grote invloed op hem. Tot zijn dood in New York in 1944 heeft Mondriaan een boek met Steiner's lezingen altijd bij zich gehad. In 1909 werd hij lid van de Theosofische Vereniging. Hij was een rusteloze zoeker naar (esoterische) kennis over de structuur en de aard van de (verborgen) werkelijkheid en in die tijd een enigzins excentrieke persoon. Hij was een actief beoefenaar van yoga en toen hij verbleef in de Nederlandse schilderskolonie Domburg maakte Charley Toorop een opmerking over "die enge Mondriaan zittend op het strand in lotus positie".

In de periode 1908-1914 kwam Mondriaan regelmatig in Domburg, een badplaats die populair was onder schilders vanwege het speciale karakter van het licht aan de Zeeuwse kust. Hij schilderde er vele landschappen en experimenteerde met het pointillisme en luminisme om de aard en gevoel van het licht te bestuderen. Gedurende die periode maakte hij op zijn reizen naar Parijs ook kennis met kubistische schilders  maar volgde uiteindelijk hun pad niet.

Vanaf 1914 begon hij te experimenteren met zijn (nu beroemde) horizontale en verticale lijnen, die volgens Mondriaan waarheid konden uitdrukken indien ze samengebracht werden in harmonie en ritme.


  




copyright © a.feringa